Opdracht 5 groot-klein

hoi allemaal
ik moest groot klein tekenen.

groetjes merlijn

Opdracht 5: Groot-Klein Beeldelementen

contrast
een ander woord voor contrast is tegenovergesteld.

 

 

 

hoofdzaak

de hoofdzaak is het belangrijkste in een beeld.

 

 

 

 

bijzaak

de bijzaak is niet het belangrijkste in een beeld.

 

 

 

 

realisme

als een beeld realistish is dan bedoelen we echt .

 

 

fantasie

fantasie betekent niet echt.

 

 

 

standpunt

het standpunt is de plek waar de maker van het beeld staat.

 

 

vogelperspectief

een vogel hangt hoog in de lucht.

 

 

klikvorsperspectief

een kikker zit laag op de grond.

Opdracht 4: Sportfiguur Beeldelementen

Mensfiguur

De hele figuur staat er op, van hoofd tot en met voeten.


Silhouette

Alleen de omtrek van een figuur. De silhouette en de schaduw van een figuur lijken erg veel op elkaar.


Torso

De torso is alleen het bovendeel van een figuur: vanaf de heup/navel




buste

de buste is alleen het hooft en de borst met schouders van een figuur.







statisch
een statisch houding is een houding waarbij de figuur heel stijf en saai staat.



dynamisch
een dynamische houding is een houding waarbij de figuur heel bewegelijk en actief overkomt

Opdracht 4: Sportfiguur

hoi,


we moesten een sport figuur teken.
eerst moesten we plaatjes opzoeken op onze laptop.
daarna moesten we een plaatje van een sport figuur opzoeken.
en nog een stap verder, moesten we het eindwerkstuk maken


groetjes,
merlijn

Opdracht 3: Perspectief Beeldelementen

perspectief

ook wel ruimte of diepte.
je doet net alsof he beeld niet plat is ook al is een foto of tekening dat wel.




lijnperspectief

je kunt met lijnen heel gemakelijk diepte laten zien.
denk maar aan treinrails.
alle lijnen lopen naar een punt.





verdwijnpunt
soms zie je in plaatjes de lijnen ook echt op een punt bij elkaar komen



vervaging
je kunt met kleur ook diepte laten zien.
dit heet ook wel eens kleurperspectief.














verleining hoe verder iets van je af gaat hoe kleiner het lijkt te worden.
















overlapping
je kunt ook diepte laten zien door voorwerpen.



afsneiding
soms zie je niet alles.

Opdracht 3: Perspectief

hoi,

bij tekenen moesten we een perspectief tekening maken.
we moesten een huiskamer tekenen in perspectief.
soms was het best moeilijk.
we hadden eerst een voorstudie.
daarna moesten we het eindwerkstuk maken.


groetjes,
merlijn